Stichting Diogenes Leiden

Restaureren van monumenten in Leiden

Oude Rijn 102

 

Oude Rijn 102 is een zelfstandige woning aan de noordkant van de Oude Rijn, tegenover de Kaasmarkt. Naast de voordeur van 102 is een deur aanwezig die toegang geeft tot de achterkant van panden aan de Haarlemmerstraat.

 

De brouwerij Douveren

 

Het gebied Maredorp, waar Oude Rijn 102 ligt, is tussen 1346 en 1355 bij de stad Leiden getrokken. Misschien was er daarvoor op deze plaats, tussen de Oude Rijn en de Rijndijk (de huidige Haarlemmerstraat) al bebouwing aanwezig, maar anders zal de grond zeker kort daarna bebouwd zijn. Wat voor bebouwing daar in de begintijd gestaan heeft, is helaas niet bekend.

De eerste concrete vermelding van bebouwing op deze plaats stamt uit het midden van de zestiende eeuw. Er stond toen op de plaats van Oude Rijn 102 en ten westen daarvan een brouwerij. In 1561 werd bij de verkoop van een huis aan de overkant van de Rijndijk de naam van de brouwerij vermeld: Douveren. De achtergrond van die naam is onbekend.

 

Op een van de kaarten van de landmeter Salomon van Dulmanhorst uit het eind van de zestiende eeuw wordt het terrein van de brouwerij aangegeven. Het perceel wordt aangeduid als ‘die brouwerie van Douveren’. Het had aan de kant van de huidige Haarlemmerstraat een breedte van 15 roeden, 9 voet en 6 duim (bijna 60 meter). Volgens een jaaroverzicht in het Leidsch Jaarboekje 2007 bestreek het complex aan de kant van de Oude Rijn de huidige huisnummers 88-102 en aan de kant van de Haarlemmerstraat de huidige nummers 207-229.
Op het kaartje is de plaats van het huidige Oude Rijn 102 aangeduid met een ster.

 

Het brouwerijcomplex, waar waarschijnlijk ook diverse woningen bij hoorden, was rond 1560 eigendom van de brouwer Claes Lambrechtsz. Diens nageslacht ging later de naam Van Swieten dragen. Volgende eigenaren waren achtereenvolgens zijn zoon Huych van Swieten, diens weduwe Elisabeth van Veen en haar tweede man Hendrick van der Eem. Met de brouwerij ging het geleidelijk wat minder goed. Het complex werd in het begin van de zeventiende eeuw in gedeelten verkocht.

 

Woningen uit 1592

 

Uit een artikel van Piet de Baar in de jubileumuitgave 1973-1993 van Diogenes blijkt dat Van der Eem al eerder, in 1591, een huis in de zuidoostelijke hoek van het blok had verkocht aan een zekere Jan Govertsz. Die verkocht het huis in 1592 door aan Crijn Aelbrechtsz., die er twee woningen van maakte. Sinds de invoering van de huidige huisnummering in 1871 staan ze bekend als Oude Rijn 100 en 102. Nummer 102 werd wat breder gemaakt dan nummer 100, waarschijnlijk omdat er aan de rechterkant van 102 een onderdoorgang moest komen naar huizen aan de Haarlemmerstraat.

In het artikel van De Baar wordt een groot aantal eigenaren en bewoners van de twee huizen in de eeuwen daarna genoemd.

 

Joannes de Meere

 

Op de oudste kadastrale kaart uit 1832 heeft Oude Rijn 102 (het perceel met de ster) nummer 666 en de doorgang rechts ervan nummer 667. Het perceel 666 stond toen op naam van ‘De Erven Johannes Meere’.
Joannes de Meere was overleden in 1829. Hij was kaarsenmaker en bezat volgens gegevens van De Baar bij zijn overlijden 15 verhuurde huizen en huisjes, die samen ruim 15.000 gulden waard waren. Oude Rijn 102 was rond 1768 voor 280 gulden gekocht door zijn grootvader Bartholomeus de Maire. Oude Rijn 100 (perceel 663) hoorde ook tot de boedel; dat had Bartholomeus de Maire in 1773 voor 225 gulden gekocht. Door een overschot aan huizen waren de prijzen in de tweede helft van de achttiende eeuw erg omlaaggegaan.

 

Na het overlijden van de weduwe van Joannes de Meere in 1851 werd Oude Rijn 102 in de inventaris omschreven als een huis ‘bevattende twee beneden- en twee bovenkamers, droogzolder, keuken, plaats en verder alle gemakken’. Het werd in het openbaar verkocht voor 590 gulden. Na de koper, Abraham Johannes Vermeij, volgden nog veel andere eigenaren.

 

Gekocht en gerestaureerd door Diogenes

 

In 1989 kon Diogenes Oude Rijn 100 en 102, die weer in één hand gekomen waren, kopen van een particuliere eigenaar. Het restauratieplan werd gemaakt door de architect Boudewijn Veldman.
De restauratie duurde van oktober 1989 tot augustus 1990. Daarbij kwamen enkele grote tegenvallers aan het licht. De belangrijkste was dat er onder de muren helemaal geen fundering bleek te zitten. Dat is opgelost door het aanbrengen van een grote betonplaat die doorloopt onder alle muren en het gewicht van de muren nu gelijkmatig opvangt.

Hierboven schetsen van de voorgevels, links voor de restauratie en rechts erna.
De architect vond dat de oude raamindelingen niet zo konden blijven. Hij schreef in een artikel over de restauratie: ‘Zo had nr. 102 een prachtige voordeur type “Volendam” van de bouwmarkt en was het zijraam op de begane grond uitgerust met een rustiek hardhouten roetjesraam met 24 kleine ruitjes in Oud-Hollandse stijl!’
Hij voegde daaraan toe: ‘Omdat er geen oorspronkelijke afbeeldingen meer aanwezig waren, hebben we in overleg met Monumentenzorg aan de hand van bouwsporen en aan de hand van de bouwtraditie die we kennen uit die tijd, een zo eerlijk mogelijke reconstructie gemaakt van de raamverdelingen.’

 

In 2013 besloot Diogenes bij hoge uitzondering Oude Rijn 100 te verkopen. Oude Rijn 102 blijft in het bezit van de stichting.